De Wet Toekomst Pensioenen - De belangrijkste punten [eerlijk] samengevat

Gepubliceerd op 16 augustus 2025 om 14:43

Op 1 juli 2023 is de Wet Toekomst Pensioenen (Wtp) in werking getreden. 

Het pensioenstelsel, jarenlang een van de stevigste fundamenten van onze verzorgingsstaat, wordt flink op de schop genomen. 

 

De aanleiding? 

  • Een veranderende arbeidsmarkt, langere levensverwachting én een groeiende behoefte aan transparantie en persoonlijke opbouw. 
  • Jongeren willen niet betalen voor oudere mensen, terwijl onzeker is wie straks aan hun pensioen betaalt.
  • Gepensioneerden hadden last van dekkingsgraden (lage rekenrente en het feit dat dit geld nodig was voor toekomstige pensioenen. Ondanks de miljarden in kas bij de fondsen)van de pensioenfondsen en ontvingen jarenlang geen hoger pensioen (of het pensioen werd zelfs lager). 

De komende jaren – uiterlijk op 1-1-2028 – stappen we over van een collectief pensioen waarbij de hoogte “zeker” is naar een premieregeling waarin persoonlijke pensioenpotten centraal staan.

 

Wat betekent dit precies? 

  • In het oude stelsel beloofde een pensioenfonds een vaste maandelijkse uitkering. Dit heet een uitkeringsovereenkomst. 
  • Die belofte wordt in het nieuwe systeem losgelaten. In plaats daarvan bouwen deelnemers via een vaste vlakke premie een persoonlijke pensioenpot op, die belegd wordt. 
  • De uitkeringsovereenkomst vertegenwoordigt een kapitaal. Dat kapitaal wordt ingevaren in het nieuwe stelsel.
  • NB: Het invaren geldt dus alleen bij een uitkeringsovereenkomst  (vaak een pensioenfonds zoals ABP, Zorg & Welzijn enz.). Dit gebeurt niet bij een pensioenverzekeraar of PPI. Dat is namelijk al een premieregeling. 
  • Het uiteindelijke pensioen hangt af van de beleggingsresultaten: bij gunstige rendementen stijgt je pensioen, bij tegenvallers kan het dalen.
  • Cao’s (sociale partners en bonden) en werkgevers kiezen straks de oplossing: 
  1. De solidaire regeling
  2. De flexibele premieregeling
  3. De premieregeling

Kort gezegd bepaalt de keuze:

    • Wie de uitvoerder is (fonds, verzekeraar of PPI), 
    • Hoe het beleggingsbeleid is opgesteld (individueel of collectief), 
    • Of de uitkering vast of variabel is
    • Of je kunt “shoppen” met je pensioen.
  • Jouw pensioenuitvoerder heeft zijn transitieplan op de website staan. Hierin staat wat de regeling wordt en welke premie geldt.

 

Welke zekerheid is er (nog)?

  • Een zorg die leeft, is dat pensioenpotten straks kunnen leeg raken”. Maar dat klopt niet. 
  • Niemand raakt zomaar zijn pensioen kwijt, al kunnen de uitkeringen wél variëren in hoogte, afhankelijk van de economische ontwikkelingen.
  • In het nieuwe stelsel zijn verhogingen eerder mogelijk, omdat fondsen geen hoge reserves meer hoeven aan te houden. 
  • Daarnaast is de kans op verlagingen relatief klein omdat verplicht een solidariteitsreserve moet worden aangehouden en door tegenvallers te spreiden over de tijd. Zo wordt een zo vlak mogelijke uitkering verkregen.
  • Ondanks dat pensioen jouw eigendom is, is dit altijd een voorwaardelijk recht geweest. Je hebt recht op de afspraken in de regeling. Mits er voldoende geld is. Als er te weinig is, krijg je minder. Dat bleek ook wel in het verleden. Er bestond dus eigenlijk al nooit recht op een vast bedrag.
  • NB: veel mensen die nu al een premieregeling hebben en mogen shoppen, kiezen vaak een pensioen met een vaste uitkering dan een pensioen met een flexibele uitkering. Terwijl bij een flexibel pensioen, de uitkeringen (bij aanvang) tot wel 15% hoger kunnen zijn dan bij een vast pensioen. Wel is het dan nodig dat ongeveer 5% rendement per jaar over het pensioenkapitaal wordt behaald. In de regel zijn uitvoeders hiertoe in staat. 

 

Uitvoerbaarheid

  • Er is ook veel aandacht voor de technische uitvoerbaarheid van deze stelselwijziging. De overstap vraagt inderdaad veel van de ICT-systemen van pensioenfondsen, maar hier wordt al jaren intensief aan gewerkt. 
  • Ook bij het invaren – de eenmalige omzetting van het oude pensioenvermogen naar het nieuwe systeem – geldt dat fouten achteraf hersteld (mogen) worden.
  • Uiteraard zal het gebeuren dat ook niet al jouw pensioen tegelijk worden omgezet. Het ene fonds zal al in 2026 omgaan, terwijl het andere pas in 2027 omgaat. Uiterlijk 1-1-2028 moet de overgang zijn geregeld.

 

Niet terug te draaien

  • De overgang zelf is onomkeerbaar. Zodra het invaren is gebeurd, kan dit niet worden teruggedraaid.  
  • Maar oude gegevens blijven bewaard. Het wettelijke uitgangspunt blijft dat wanneer je ergens recht op had, je dat ook moet krijgen.
  • Meedoen is verplicht en geen keuze. Het wordt anders te ingewikkeld (meerdere regelingen en systemen) en mede daardoor ook te duur. 

 

Personen van 40 tot 55 jaar

  • Een groep waar extra aandacht voor is, zijn mensen van ongeveer 40 tot 55 jaar. In het oude systeem profiteerden zij nog van de zgn. “doorsneepremie”, en het verdwijnen daarvan kan nadelig voor hen uitpakken. 
  • De premie was leeftijdsafhankelijk. Hoe ouder iemand was, hoe meer premie werd betaald. In het nieuwe stelsel geldt een vlakke premie.
  • Hier zijn gelukkig mogelijkheden voor compensatie. 

 

Deels afkopen

  • Op het moment van pensionering is het mogelijk om een deel van het opgebouwde pensioen ineens op te nemen. Er mag maximaal 10% van het pensioenvermogen afgekocht worden bij aanvang van het pensioen. 
  • Dit kan interessant zijn voor mensen die bijvoorbeeld hun hypotheek willen aflossen of een grote uitgave willen doen. 
  • Maar het is belangrijk om goed te laten berekenen wat dit betekent voor de rest van je pensioenuitkering, eventuele nabestaandenvoorziening én fiscale positie, zoals toeslagen.

 

Inzicht

  • Het is belangrijk om tijdig inzicht te krijgen in de nieuwe pensioenregeling. Welke keuzes worden er gemaakt? Hoe wordt je bestaande pensioenvermogen overgezet? En wat betekent dat concreet voor jouw persoonlijke situatie?
  • Pensioenuitvoerders moeten zorgen voor duidelijke communicatie. Dat zal gaan gebeuren met heldere taal en animaties (zoals filmpjes, plaatjes enz.)

 

Conclusie

De Wet Toekomst Pensioenen betekent wat mij betreft dus niet dat het Nederlandse pensioenstelsel wordt afgebroken. 

Integendeel: Het stelsel wordt gemoderniseerd en aangepast aan de realiteit van vandaag. Niet langer een collectieve belofte met schijnzekerheid, maar een transparanter systeem waarin iedereen ziet wat er binnenkomt, wat er belegd wordt, en wat dat oplevert.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.